Lovely Laos
Locatie: Hanoi, Vietnam
Temperatuur: 16
C
Luchtvochtigheid: 60%
Zittend naast onze rugzakken aanschouwen we de activiteiten op de Chiang Mai busterminal. Veel scholieren, mensen sjouwend met grote tassen en zakken rijst, passeren. De bus naar Chiang Khong vertrekt later dan we verwachten en hebben daardoor alle tijd. Ineens worden we opgeschrikt door het Thaise volkslied wat door de speakers schalt. Iedereen om ons heen gaat direct staan. We kijken elkaar aan en volgen hun voorbeeld. Een beetje ongemakkelijk staren we om ons heen, terwijl er braaf wordt meegezongen.
De avond ervoor overkwam ons hetzelfde voor de bioscoopvoorstelling. Op het scherm werd vol bombarie de Thaise koninklijke familie getoond, terwijl heel de zaal staande meekijkt en zingt.
Chiang Mai verlaten we in een luxe touringcar compleet met een ‘stewardess’ en de tegemoet blazende koude lucht van de airconditioning. In Chiang Rai stappen we over op een lokale bus en arriveren in de grensplaats Chiang Khong. Voor ons stroomt de grens van Thailand en Laos in de vorm van de Mekong rivier. We zijn met de Sloveense Jan en Tina, de enige vier reizigers die de oversteek maken en stappen waggelend uit het bootje voor we voet zetten op Lao bodem. Vanaf het dakterras van onze guest house hebben we een geweldig uitzicht op de groene bergen en de Mekong rivier.
Na het ontbijt lopen we (nu weer rechts van de weg) ‘buswaarts’ en worden herenigd met Jan en Tina. Een aardig Sloveens stel, studerend in Ljubljana die we gisteren in de bus hebben ontmoet. Nadat we ons hebben opgevouwen in de ‘minibus’ maken we kennis met de infrastructuur van Laos. Slalommend langs de gaten in de weg passeren we kleine, arme dorpjes. De weg gaat over in een verhard zandpad. Met gedurfde snelheid scheren we rakelings voorbij een paar buffels die niets vermoedend langs de weg lopen. Tina slaakt een kreet en kijkt liever niet, terwijl Jan luid moet lachen. De meeste gaten en kraters zijn het resultaat van de bombardementen door de Amerikanen gedurende de Vietnamoorlog.
Lauwe Beerlao
Met Jan en Tina checken we in bij een gezellig guest house aan de ‘mainstreet’ van Luang Nam Tha. Het dorpje bestaat overwegend uit een grote straat met enkele guest houses en restaurantjes. Pal tegenover onze guest house is een klein pleintje met de locale markt. Deze plaats staat te boek als de plek voor mooie (jungle) trekkings in de bushy en bergachtige omgeving. Het maakt deel uit van het National Protected Area Nam Ha.
De volgende dag regelen we via Thai (Lao medewerker van de guest house) een pickup truck die richting Muang Sing rijdt, een dorpje 100 km verderop vlakbij de Chinese grens. Daar vindt het Stupa Festival plaats, ter ere van het bestaan van de plaatselijke stupa (Boeddhistisch heiligdom tevens heilige plek). We springen achterin de pickup en hobbelen op weg. Over de kronkelende bergweg genieten we van de prachtige ongerepte omgeving. Des te verder we richting Muang Sing rijden, des te dichter de bossen en begroeiing wordt.
Het Stupa Festival vindt plaats op een open veldje en heeft veel weg van een soort braderie met verschillende eetkraampjes en stalletjes. Overal wordt hetzelfde verkocht: gegrilde kippenpootjes, sticky rice (ingenieus verpakt in bamboe), fruit en natuurlijk het lokale Beerlao. We nemen plaats op een grote mat op de grond bij een van de kraampjes. Thai bestelt twee grote flessen Beerlao en we drinken het lauw uit hetzelfde glas wat rondgaat. De zon brandt op het zeil boven ons hoofd van het profosorisch gemaakte afdak. De middagwarmte gecombineerd met lauw bier is duidelijk voelbaar. Bij een van de stands blèrt hard zoete Chinese/Lao muziek door grote boxen. We eten wat zoete sticky rice, en verlaten in de namiddag het feestgedruis. Op de mat liggen negen lege bierflessen. Slaperig en voldaan liggen we achterin de pickup.
Jungle fever
Vandaag is de dag van onze jungletrekking! Jan en Tina zien we paraat aan de ontbijttafel en hebben zoals wij ook zin in een pittige wandeling. Voor het eerst trekken we onze (sport)schoenen aan. Onze wandelgroep is een Europese aangelegenheid. Een Franse jongen (met zo’n schitterend Frans accent wanneer hij Engels spreekt), een Italiaans stel en de Slovenen Jan en Tina. De Italianen zijn rond de 50+ en hebben we tijdens het ontbijt op het terras al gespot. De man, met grote Raybanbril op, zit geconcentreerd te roeren door zijn cappuccino en kijkt herhaaldelijk onze kant op. In zijn andere hand een smeulende sigaret. Paco ziet een scene uit een van de bekende Godfatherfilms voor zich. ‘I will give you an offer you cannot refuse..’.
We bezoeken voor de trekking twee kleine Hmong dorpjes in de buurt en zien een lokaal schooltje. Ook mogen we samen met de gids een van de huizen betreden van het dorp. Het is volledig van hout en bamboe gemaakt en binnen leeft men op de aarden vloer. Er lopen kippen rond en er liggen twee puppy’s in een hoek. Het is er opvallend rommelig, een slingerend kapmes, poten en pannen. Elders in de grote kamer zit een vrouw achter een vuurtje met daarboven een zware pot. Door de hoog opgetrokken bouw is het er betrekkelijk koel. Als we boven ons hoofd kijken zien we hompen vlees aan haken die er hangen te drogen.
Van onze vrouwelijke gids Iko krijgen we allemaal twee flessen water. We worden vergezeld door een lokale gids uit het dorp. We volgen de gids over het bospad waarna we in een open veld komen. Het pad gaat fors steil omhoog en we moeten al flink klimmen. De eerste zweetdruppels vegen we van ons gezicht. De zon schijnt stralend aan een strak blauwe lucht. We hebben een mooi uitzicht over rijstvelden. De Italianen lopen achteraan en al snel moeten we op ze wachten. Onze Don trekt het niet meer, hijgend als een paard, staat hij op de berghelling. Hij is lijkbleek weggetrokken en zijn hoofd drijfnat. Hij neemt plaats in een hutje in de rijstvelden. Zijn vrouw zegt herhaaldelijk in het Italiaans iets over sigaretten. We hebben nog geen 500 m geklommen. Don ademt zwaar en heeft het zichtbaar moeilijk. We kunnen ons geen slechtere conditie voorstellen en vragen ons af waarom hij zich heeft ingeschreven.
Later besluit hij af te haken en om met de tuktuk weer terug te gaan naar het dorpje en zijn vrouw sluit weer aan. Iko loopt voorop en zwaait met haar kapmes om zo het pad vrij te maken. We stoppen onderweg bij een medicinale plant of boom waarover we uitleg krijgen. Jan, energie voor tien, geniet zichtbaar van de wandeling en kijkt geïnteresseerd om zich heen. Het is tenslotte de eerste keer dat ze in de ‘ jungle’ zijn. Walsend over het pad met de fotocamera om zijn nek bungelend, volgt hij. Zijn gebrekkige Engels compenseert hij fanatiek met handgebaren en imitaties. Op een mooi plekje pauzeren we en genieten van een heerlijke Lao lunch. Sticky rice, rundvlees, gekookte eitjes en verschillende groenten worden zorgvuldig op grote bladeren gelegd. Het laatste deel van de tocht lijken we verdwaald. We moeten ons door dichte struiken heen worstelen alvorens we over een rijstveld richting een dorpje wandelen. Alleen wij zijn enthousiast over deze ‘off road route’. We sluiten de mooie tocht af lopend door rubberbomen van de rubberplantage bij het dorp.
Luang Prabang
Met een lokale bus vertrekken we richting Luang Prabang. In de grote logge bus wordt van alles meegenomen door de Lao. Naast ons wordt een mand met kippen neergezet en het gangpad wordt belemmerd door zakken rijst. De weg is een grote uitdaging en zit vol met kuilen en gaten. Rustig een dutje doen zit er niet in. Geen moment zitten we stil en worden alle kanten op gestuiterd. De weg is gortdroog waardoor er veel stofvorming is. De gewassen aan de weg zijn voorzien van een dikke bruine stoflaag. De deuren van de oude bus sluiten niet geheel af en worden bedekt door grote stofwolken. Onder een laag stofzand en negen uur later arriveren we in het donker in Luang Prabang.
Vanaf ons kleine balkon kijken we om de hoek de straat uit en zien in de verte de Mekong rivier. Luang Prabang is een mooi rustig plaatsje waar de Mekong rivier door stroomt, omgeven door groene bergen. We doen het rustig aan en ontbijten met baguette! Ook is er la vache qui rit (de bekende Franse kaasjes) en pindakaas verkrijgbaar. Een welkome afwisseling.
Samen met Jan en Tina bezoeken we in de buurt helderblauwe watervallen waar we een frisse duik nemen. Met een bootje over de Nam Khan rivier (aftakking van de Mekong) bezoeken we Lao Spirit Resort waar onder het credo ‘saving elephants is our mission’ olifanten worden opgevangen en verzorgd.
In het ‘tropische Frankrijk’ zien we de Lao jeu de boules spelen aan de oever van de Mekong. We smullen van croissants bij een plaatselijke bakery. De Franse stempel is ook duidelijk merkbaar in de architectuur. We zien mooie huizen met grote ramen en houten raamluiken. Zo staat onder Lao tekst op de borden de Franse vertaling, zoals ‘office de la poste’. Op huurfietsen verkennen we het stadje en struinen winkeltjes en book shops af. We fietsen door rustige wijken met guest houses mooi opgetrokken uit donker hout voorzien van een ruime veranda. Meerdere accommodaties, voor elk budget, zijn in aanbouw. Het toerisme ontwikkelt zich hier in rap tempo voort.
Retourtje Nong Khiaw
Onze paspoorten zijn voorzien van visa voor Vietnam en we verlaten uitgerust Luang Prabang. Per boot vertrekken we over de Mekong, via de Nam Khan, naar Nong Khiaw. Een schitterende boottocht over de kronkelende rivier, uitwijkend voor rotsen en meegevoerd door stroomversnellingen. Om ons heen indrukwekkende bergen, rotspartijen en ongerepte jungle. Zeven uur later leggen we aan onder een grote brug bij het plaatsje Nong Khiaw. Anja voelt zich niet lekker en zegt het koud te hebben. Het was een lange boottocht en installeren ons in een huisje aan de rivier.
Anja voelt zich na wat rust nog steeds niet beter. Later op de dag krijgt ze koorts en enorme hoofdpijn. Eetlust heeft ze niet en ze is misselijk. Ze brengt de nacht door boven het toilet. De koorts maakt ons enigszins ongerust, aangezien we ons in een malaria/dengue-gebied bevinden. We zitten in een afgelegen dorpje midden in de bergen, waar twee restaurants zijn en een winkeltje. Verder is er niets.
We besluiten in plaats van veertien uur met de bus door te reizen naar onze volgende bestemming, terug te gaan naar Luang Prabang (drie uur rijden). Daar waar wel medische voorzieningen zijn. De volgende dag in LP pakken we direct een tuktuk naar het plaatselijke ziekenhuis. Koorts heeft Anja niet meer, maar is erg afgezwakt. Na een check blijkt uit de bloedwaarden gelukkig geen sporen van tropische ziekten. Ze krijgt een infuus voor extra vocht en we mogen snel het ziekenhuis verlaten. De eetlust neemt toe en Anja voelt zich met het uur beter.
De volgende dag wachten we ‘s avonds op de (nacht)bus naar Sam Nua. Een stad vlakbij de grens met Vietnam en een monsterrit van 14 uur. De bus zou om vijf uur moeten vertrekken. Op de klok is het ondertussen half acht. De aardige ticketverkoper vertelt dat het beter is om de volgende ochtend verder te reizen, aangezien de bus waarschijnlijk onderweg panne heeft. We checken net in bij een guest house pal achter het busstation, waarna een kwartier later de ticketverkoper aan onze deur klopt. ‘The bus will arrive in 20 minutes, you can go tonight!’. We pakken snel weer in en zien een grote oude bus voorrijden. Op het dak staan twee bromfietsen vastgebonden en nog meer bagage. De bus zit zo goed als vol en we zijn de enige buitenlanders. Bij het instappen ligt het gangpad volledig gebarricadeerd met zakken rijst, tassen en dozen. We klauteren over de zakken en tijgeren ons een weg achterin de bus. Ook onze backpacks worden ertussen gelegd.
Zwetend vinden we op de achterste bank plaats. Paco zit in het midden waar hij enigszins zijn benen kan strekken. Het is warm, de enige ventilatie die er is zijn de kleine zijraampjes. Rechts van ons zit een jongen die gelukkig het raampje openzet. Links liggen nog meer tassen, zodat we niet bij het raampje kunnen. Heftig schuddend scheurt de bus de nacht in. Dit wordt een lange rit…
Geen oog doen we dicht. Onderweg komen er meer mensen bij die plaats nemen op de spullen op het gangpad. De bus schiet van links naar rechts, over de kronkelende weg door de bergen. Geen straatverlichting. Groot licht aan, tegenligger, groot licht uit. Reflecterend paaltjes, scherpe bocht. De claxon wordt bijna continu gebruikt zodat de tegenligger ons hoort aankomen. Desondanks scheren we vlak langs een grote vrachtwagen en rakelings voorbij andere tegenliggers. Toch maar weer de ogen dicht. We creëren zelf wat slaapruimte door wat tassen opzij te schuiven. Paco ligt in het gangpad op de zakken rijst en onze backpacks. Een stel heeft nog hun zoontje tussen hun zitten. De vrouw heeft een in doeken gewikkelde baby aan de borst.
Rond middernacht stoppen we om wat te eten. Bij de kraampjes is een gevarieerd aanbod van lokale delicatessen; grote zwarte torren, gebakken sprinkhanen, gebraden knaagdiertjes (we hopen geen rat, maar we staan nergens meer van te kijken) en gebakken vogeltjes, waar geen gram vlees aan zit. De mensen zitten te smikkelen en knauwen op de botjes. Onder de tafel van de buschauffeurs zien we een machinegeweer liggen. Stiekem schuift een van hen het wat meer onder de tafel, in de veronderstelling dat niemand het ziet. Moeten we ons nu veilig of onveilig voelen?
We bestellen fried rice. ‘Yes, flied lice, flied lice’, bevestigd de kokkin onze bestelling maar we krijgen gekookte witte rijst. Met wat ketjap eten we het op. We kopen nog wat fruit voor onderweg.
De volgende dag komen we gesloopt na een rit van 14,5 uur aan in San Nua. Als twee zombies stappen we uit en nemen een tuktuk naar de eerste de beste guest house. Na een douche en een warme maaltijd kruipen we meteen in bed.
Hanoi here we come!
De volgende ochtend worden onze backpacks op het dak gebonden van het lokale busje. We rijden naar de grens en passeren probleemloos de grenspost. Opvallend detail is dat we na de paspoortcontrole ook naar de health check balie moeten. Daar meten ze je lichaamtemperatuur op. Dit in het kader van de Mexicaanse griep. Zo worden ook de vrachtauto’s ontsmet voordat ze de grens oversteken.
We stappen over op een wat luxere, kleine Vietnamese bus en vervolgen weer hobbelend de weg. Eenmaal uit de bergen maakt de slechte weg plaats voor een grote, brede snelweg. Wat een verademing! Na zes uur rijden stappen we in Thanh Hoa over op een lokale bus voor de laatste 150 km naar Hanoi. We vouwen onze lange benen op en nemen oncomfortabel plaats. Deze laatste rit duurt erg lang, aangezien de bus geregeld stopt voor passagiers die in- of uitstappen. In Hanoi worden we ‘aangevallen’ door taxichauffeurs die je bijna de taxi intrekken. ‘s Avonds na tienen bellen we aan bij vrienden die in Hanoi wonen. We worden gastvrij ontvangen in hun prachtige huis. We slapen uit en ontbijten met warm stokbrood en Hollandse kaas. Wat een weelde!
Reacties
Reacties
By any means wordt zo langzamerhand by any busses. Als je jullie laatste avonturen leest, dan lijkt het erop dat jullie dagenlang niet veel anders hebben gedaan dan je laten vervoeren in lokale bussen. En wachten op lokale bussen. En eten terwijl je staat te wachten op lokale bussen. Het levert vast veel mooie plaatjes en herinneringen op, maar op de momenten zelf is het vast niet altijd even prettig.
Wat zal die jungle in Laos mooi geweest zijn. Terwijl ik las over jullie trekking moest ik toch wat jaloezie onderdrukken. Maar het is jullie van harte gegund. En wat mekker ik nou? Dankzij jullie verhalen en foto's geniet ik toch volop mee.
Hou je taai en blijf gezond! Ik ben blij dat Anja snel weer beter is geworden.
Dikke zoen uit Delft X
Knap stel daar tussen de lianen en ander gebladerte!!
Wat een onzettend mooie foto's!!!!!!!!!.
wa een schitterend verhaal weer!
GENIESCHEN war!
Nog 1,5 wk en dan is het zover,zijn jullie hier....woeeiiiaahh!
Ik kan niet wachten!
Have a safe trip....c u VERY soon!!
xmies
PI - NA - CO LAADEEE!!! ;-)
Anj a en Paco, ik heb met heel veel plezier het reisverslag gelezen wat Lizette mij toegstuurd heeft, heel erg leuk. Nu ben ik bij mijn nichtje en die heeft jullie reisverslag op het internet laten lezen.
Vervelend dat je ziek bent geweest maar gelukkig geen ernstige gevolgen. Nou Anje en Paco, liefs en groetjes van Mia
An en Paco, wat een fantastische avonturen weer, en zo mooi beschreven! Bij sommige stukken zag ik mijn herinneringen weer levendig voor me, wat is het er mooi he?
Ben blij dat je weer beter bent An. Geniet!
X Marsha
Ben knap jaloers!!!!!!!!
moi aussi
Hi Paco en Anja,
Wederom een prachtig reisverhaal. Erg leuk beschreven!
Wat maken jullie een hoop onvergetelijke dingen mee,
vervelend dat Anja ziek is geweest, maar gelukkig goed is opgeknapt. Paco, het ziekenhuis was zeker niet te vergelijken met de ziekenhuizen hier in Nederland..
Heel veel plezier bij jullie (schoon)zusje!!
groetjes Leonie
Chang Mai... cool he! Wauw.... Maar gozert ik ga je verhalen in me aankomende nachten lezen. Gave fotoos.... Wil je iegenlijk ooit nog wel naar huis...Hihi
By the way, deze rooie gaat ook voor een maand naar Africa- Mali.... Yeahhhhhhhh Man... verhalen volgen..hihihi
Geniet saampjes verder
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}