Lovely Laos
Locatie: Hanoi, Vietnam
Temperatuur: 16
C
Luchtvochtigheid: 60%
Zittend naast onze rugzakken aanschouwen we de activiteiten op de Chiang Mai busterminal. Veel scholieren, mensen sjouwend met grote tassen en zakken rijst, passeren. De bus naar Chiang Khong vertrekt later dan we verwachten en hebben daardoor alle tijd. Ineens worden we opgeschrikt door het Thaise volkslied wat door de speakers schalt. Iedereen om ons heen gaat direct staan. We kijken elkaar aan en volgen hun voorbeeld. Een beetje ongemakkelijk staren we om ons heen, terwijl er braaf wordt meegezongen.
De avond ervoor overkwam ons hetzelfde voor de bioscoopvoorstelling. Op het scherm werd vol bombarie de Thaise koninklijke familie getoond, terwijl heel de zaal staande meekijkt en zingt.
Chiang Mai verlaten we in een luxe touringcar compleet met een ‘stewardess’ en de tegemoet blazende koude lucht van de airconditioning. In Chiang Rai stappen we over op een lokale bus en arriveren in de grensplaats Chiang Khong. Voor ons stroomt de grens van Thailand en Laos in de vorm van de Mekong rivier. We zijn met de Sloveense Jan en Tina, de enige vier reizigers die de oversteek maken en stappen waggelend uit het bootje voor we voet zetten op Lao bodem. Vanaf het dakterras van onze guest house hebben we een geweldig uitzicht op de groene bergen en de Mekong rivier.
Na het ontbijt lopen we (nu weer rechts van de weg) ‘buswaarts’ en worden herenigd met Jan en Tina. Een aardig Sloveens stel, studerend in Ljubljana die we gisteren in de bus hebben ontmoet. Nadat we ons hebben opgevouwen in de ‘minibus’ maken we kennis met de infrastructuur van Laos. Slalommend langs de gaten in de weg passeren we kleine, arme dorpjes. De weg gaat over in een verhard zandpad. Met gedurfde snelheid scheren we rakelings voorbij een paar buffels die niets vermoedend langs de weg lopen. Tina slaakt een kreet en kijkt liever niet, terwijl Jan luid moet lachen. De meeste gaten en kraters zijn het resultaat van de bombardementen door de Amerikanen gedurende de Vietnamoorlog.
Lauwe Beerlao
Met Jan en Tina checken we in bij een gezellig guest house aan de ‘mainstreet’ van Luang Nam Tha. Het dorpje bestaat overwegend uit een grote straat met enkele guest houses en restaurantjes. Pal tegenover onze guest house is een klein pleintje met de locale markt. Deze plaats staat te boek als de plek voor mooie (jungle) trekkings in de bushy en bergachtige omgeving. Het maakt deel uit van het National Protected Area Nam Ha.
De volgende dag regelen we via Thai (Lao medewerker van de guest house) een pickup truck die richting Muang Sing rijdt, een dorpje 100 km verderop vlakbij de Chinese grens. Daar vindt het Stupa Festival plaats, ter ere van het bestaan van de plaatselijke stupa (Boeddhistisch heiligdom tevens heilige plek). We springen achterin de pickup en hobbelen op weg. Over de kronkelende bergweg genieten we van de prachtige ongerepte omgeving. Des te verder we richting Muang Sing rijden, des te dichter de bossen en begroeiing wordt.
Het Stupa Festival vindt plaats op een open veldje en heeft veel weg van een soort braderie met verschillende eetkraampjes en stalletjes. Overal wordt hetzelfde verkocht: gegrilde kippenpootjes, sticky rice (ingenieus verpakt in bamboe), fruit en natuurlijk het lokale Beerlao. We nemen plaats op een grote mat op de grond bij een van de kraampjes. Thai bestelt twee grote flessen Beerlao en we drinken het lauw uit hetzelfde glas wat rondgaat. De zon brandt op het zeil boven ons hoofd van het profosorisch gemaakte afdak. De middagwarmte gecombineerd met lauw bier is duidelijk voelbaar. Bij een van de stands blèrt hard zoete Chinese/Lao muziek door grote boxen. We eten wat zoete sticky rice, en verlaten in de namiddag het feestgedruis. Op de mat liggen negen lege bierflessen. Slaperig en voldaan liggen we achterin de pickup.
Jungle fever
Vandaag is de dag van onze jungletrekking! Jan en Tina zien we paraat aan de ontbijttafel en hebben zoals wij ook zin in een pittige wandeling. Voor het eerst trekken we onze (sport)schoenen aan. Onze wandelgroep is een Europese aangelegenheid. Een Franse jongen (met zo’n schitterend Frans accent wanneer hij Engels spreekt), een Italiaans stel en de Slovenen Jan en Tina. De Italianen zijn rond de 50+ en hebben we tijdens het ontbijt op het terras al gespot. De man, met grote Raybanbril op, zit geconcentreerd te roeren door zijn cappuccino en kijkt herhaaldelijk onze kant op. In zijn andere hand een smeulende sigaret. Paco ziet een scene uit een van de bekende Godfatherfilms voor zich. ‘I will give you an offer you cannot refuse..’.
We bezoeken voor de trekking twee kleine Hmong dorpjes in de buurt en zien een lokaal schooltje. Ook mogen we samen met de gids een van de huizen betreden van het dorp. Het is volledig van hout en bamboe gemaakt en binnen leeft men op de aarden vloer. Er lopen kippen rond en er liggen twee puppy’s in een hoek. Het is er opvallend rommelig, een slingerend kapmes, poten en pannen. Elders in de grote kamer zit een vrouw achter een vuurtje met daarboven een zware pot. Door de hoog opgetrokken bouw is het er betrekkelijk koel. Als we boven ons hoofd kijken zien we hompen vlees aan haken die er hangen te drogen.
Van onze vrouwelijke gids Iko krijgen we allemaal twee flessen water. We worden vergezeld door een lokale gids uit het dorp. We volgen de gids over het bospad waarna we in een open veld komen. Het pad gaat fors steil omhoog en we moeten al flink klimmen. De eerste zweetdruppels vegen we van ons gezicht. De zon schijnt stralend aan een strak blauwe lucht. We hebben een mooi uitzicht over rijstvelden. De Italianen lopen achteraan en al snel moeten we op ze wachten. Onze Don trekt het niet meer, hijgend als een paard, staat hij op de berghelling. Hij is lijkbleek weggetrokken en zijn hoofd drijfnat. Hij neemt plaats in een hutje in de rijstvelden. Zijn vrouw zegt herhaaldelijk in het Italiaans iets over sigaretten. We hebben nog geen 500 m geklommen. Don ademt zwaar en heeft het zichtbaar moeilijk. We kunnen ons geen slechtere conditie voorstellen en vragen ons af waarom hij zich heeft ingeschreven.
Later besluit hij af te haken en om met de tuktuk weer terug te gaan naar het dorpje en zijn vrouw sluit weer aan. Iko loopt voorop en zwaait met haar kapmes om zo het pad vrij te maken. We stoppen onderweg bij een medicinale plant of boom waarover we uitleg krijgen. Jan, energie voor tien, geniet zichtbaar van de wandeling en kijkt geïnteresseerd om zich heen. Het is tenslotte de eerste keer dat ze in de ‘ jungle’ zijn. Walsend over het pad met de fotocamera om zijn nek bungelend, volgt hij. Zijn gebrekkige Engels compenseert hij fanatiek met handgebaren en imitaties. Op een mooi plekje pauzeren we en genieten van een heerlijke Lao lunch. Sticky rice, rundvlees, gekookte eitjes en verschillende groenten worden zorgvuldig op grote bladeren gelegd. Het laatste deel van de tocht lijken we verdwaald. We moeten ons door dichte struiken heen worstelen alvorens we over een rijstveld richting een dorpje wandelen. Alleen wij zijn enthousiast over deze ‘off road route’. We sluiten de mooie tocht af lopend door rubberbomen van de rubberplantage bij het dorp.
Luang Prabang
Met een lokale bus vertrekken we richting Luang Prabang. In de grote logge bus wordt van alles meegenomen door de Lao. Naast ons wordt een mand met kippen neergezet en het gangpad wordt belemmerd door zakken rijst. De weg is een grote uitdaging en zit vol met kuilen en gaten. Rustig een dutje doen zit er niet in. Geen moment zitten we stil en worden alle kanten op gestuiterd. De weg is gortdroog waardoor er veel stofvorming is. De gewassen aan de weg zijn voorzien van een dikke bruine stoflaag. De deuren van de oude bus sluiten niet geheel af en worden bedekt door grote stofwolken. Onder een laag stofzand en negen uur later arriveren we in het donker in Luang Prabang.
Vanaf ons kleine balkon kijken we om de hoek de straat uit en zien in de verte de Mekong rivier. Luang Prabang is een mooi rustig plaatsje waar de Mekong rivier door stroomt, omgeven door groene bergen. We doen het rustig aan en ontbijten met baguette! Ook is er la vache qui rit (de bekende Franse kaasjes) en pindakaas verkrijgbaar. Een welkome afwisseling.
Samen met Jan en Tina bezoeken we in de buurt helderblauwe watervallen waar we een frisse duik nemen. Met een bootje over de Nam Khan rivier (aftakking van de Mekong) bezoeken we Lao Spirit Resort waar onder het credo ‘saving elephants is our mission’ olifanten worden opgevangen en verzorgd.
In het ‘tropische Frankrijk’ zien we de Lao jeu de boules spelen aan de oever van de Mekong. We smullen van croissants bij een plaatselijke bakery. De Franse stempel is ook duidelijk merkbaar in de architectuur. We zien mooie huizen met grote ramen en houten raamluiken. Zo staat onder Lao tekst op de borden de Franse vertaling, zoals ‘office de la poste’. Op huurfietsen verkennen we het stadje en struinen winkeltjes en book shops af. We fietsen door rustige wijken met guest houses mooi opgetrokken uit donker hout voorzien van een ruime veranda. Meerdere accommodaties, voor elk budget, zijn in aanbouw. Het toerisme ontwikkelt zich hier in rap tempo voort.
Retourtje Nong Khiaw
Onze paspoorten zijn voorzien van visa voor Vietnam en we verlaten uitgerust Luang Prabang. Per boot vertrekken we over de Mekong, via de Nam Khan, naar Nong Khiaw. Een schitterende boottocht over de kronkelende rivier, uitwijkend voor rotsen en meegevoerd door stroomversnellingen. Om ons heen indrukwekkende bergen, rotspartijen en ongerepte jungle. Zeven uur later leggen we aan onder een grote brug bij het plaatsje Nong Khiaw. Anja voelt zich niet lekker en zegt het koud te hebben. Het was een lange boottocht en installeren ons in een huisje aan de rivier.
Anja voelt zich na wat rust nog steeds niet beter. Later op de dag krijgt ze koorts en enorme hoofdpijn. Eetlust heeft ze niet en ze is misselijk. Ze brengt de nacht door boven het toilet. De koorts maakt ons enigszins ongerust, aangezien we ons in een malaria/dengue-gebied bevinden. We zitten in een afgelegen dorpje midden in de bergen, waar twee restaurants zijn en een winkeltje. Verder is er niets.
We besluiten in plaats van veertien uur met de bus door te reizen naar onze volgende bestemming, terug te gaan naar Luang Prabang (drie uur rijden). Daar waar wel medische voorzieningen zijn. De volgende dag in LP pakken we direct een tuktuk naar het plaatselijke ziekenhuis. Koorts heeft Anja niet meer, maar is erg afgezwakt. Na een check blijkt uit de bloedwaarden gelukkig geen sporen van tropische ziekten. Ze krijgt een infuus voor extra vocht en we mogen snel het ziekenhuis verlaten. De eetlust neemt toe en Anja voelt zich met het uur beter.
De volgende dag wachten we ‘s avonds op de (nacht)bus naar Sam Nua. Een stad vlakbij de grens met Vietnam en een monsterrit van 14 uur. De bus zou om vijf uur moeten vertrekken. Op de klok is het ondertussen half acht. De aardige ticketverkoper vertelt dat het beter is om de volgende ochtend verder te reizen, aangezien de bus waarschijnlijk onderweg panne heeft. We checken net in bij een guest house pal achter het busstation, waarna een kwartier later de ticketverkoper aan onze deur klopt. ‘The bus will arrive in 20 minutes, you can go tonight!’. We pakken snel weer in en zien een grote oude bus voorrijden. Op het dak staan twee bromfietsen vastgebonden en nog meer bagage. De bus zit zo goed als vol en we zijn de enige buitenlanders. Bij het instappen ligt het gangpad volledig gebarricadeerd met zakken rijst, tassen en dozen. We klauteren over de zakken en tijgeren ons een weg achterin de bus. Ook onze backpacks worden ertussen gelegd.
Zwetend vinden we op de achterste bank plaats. Paco zit in het midden waar hij enigszins zijn benen kan strekken. Het is warm, de enige ventilatie die er is zijn de kleine zijraampjes. Rechts van ons zit een jongen die gelukkig het raampje openzet. Links liggen nog meer tassen, zodat we niet bij het raampje kunnen. Heftig schuddend scheurt de bus de nacht in. Dit wordt een lange rit…
Geen oog doen we dicht. Onderweg komen er meer mensen bij die plaats nemen op de spullen op het gangpad. De bus schiet van links naar rechts, over de kronkelende weg door de bergen. Geen straatverlichting. Groot licht aan, tegenligger, groot licht uit. Reflecterend paaltjes, scherpe bocht. De claxon wordt bijna continu gebruikt zodat de tegenligger ons hoort aankomen. Desondanks scheren we vlak langs een grote vrachtwagen en rakelings voorbij andere tegenliggers. Toch maar weer de ogen dicht. We creëren zelf wat slaapruimte door wat tassen opzij te schuiven. Paco ligt in het gangpad op de zakken rijst en onze backpacks. Een stel heeft nog hun zoontje tussen hun zitten. De vrouw heeft een in doeken gewikkelde baby aan de borst.
Rond middernacht stoppen we om wat te eten. Bij de kraampjes is een gevarieerd aanbod van lokale delicatessen; grote zwarte torren, gebakken sprinkhanen, gebraden knaagdiertjes (we hopen geen rat, maar we staan nergens meer van te kijken) en gebakken vogeltjes, waar geen gram vlees aan zit. De mensen zitten te smikkelen en knauwen op de botjes. Onder de tafel van de buschauffeurs zien we een machinegeweer liggen. Stiekem schuift een van hen het wat meer onder de tafel, in de veronderstelling dat niemand het ziet. Moeten we ons nu veilig of onveilig voelen?
We bestellen fried rice. ‘Yes, flied lice, flied lice’, bevestigd de kokkin onze bestelling maar we krijgen gekookte witte rijst. Met wat ketjap eten we het op. We kopen nog wat fruit voor onderweg.
De volgende dag komen we gesloopt na een rit van 14,5 uur aan in San Nua. Als twee zombies stappen we uit en nemen een tuktuk naar de eerste de beste guest house. Na een douche en een warme maaltijd kruipen we meteen in bed.
Hanoi here we come!
De volgende ochtend worden onze backpacks op het dak gebonden van het lokale busje. We rijden naar de grens en passeren probleemloos de grenspost. Opvallend detail is dat we na de paspoortcontrole ook naar de health check balie moeten. Daar meten ze je lichaamtemperatuur op. Dit in het kader van de Mexicaanse griep. Zo worden ook de vrachtauto’s ontsmet voordat ze de grens oversteken.
We stappen over op een wat luxere, kleine Vietnamese bus en vervolgen weer hobbelend de weg. Eenmaal uit de bergen maakt de slechte weg plaats voor een grote, brede snelweg. Wat een verademing! Na zes uur rijden stappen we in Thanh Hoa over op een lokale bus voor de laatste 150 km naar Hanoi. We vouwen onze lange benen op en nemen oncomfortabel plaats. Deze laatste rit duurt erg lang, aangezien de bus geregeld stopt voor passagiers die in- of uitstappen. In Hanoi worden we ‘aangevallen’ door taxichauffeurs die je bijna de taxi intrekken. ‘s Avonds na tienen bellen we aan bij vrienden die in Hanoi wonen. We worden gastvrij ontvangen in hun prachtige huis. We slapen uit en ontbijten met warm stokbrood en Hollandse kaas. Wat een weelde!
Op naar de Mekong!
Locatie: Chiang Mai,Thailand
Temperatuur:31 C
Luchtvochtigheid: 65%
Met inmiddels 380 kilometers in de benen kunnen we Birma bijna aanraken.Het meest noordelijkestadje van Thailand - Mae Sai - ademt eenkille sfeer. Een drukke en chaotische grensstad. Er wordt hier
handel met Birma gevoerd, veel Birmesen werken hier net over de grens. Op jacht naar vers fruit stuiten we op geroosterde kastanjes en geroosterde kastanjes. Kraam na kraam. Ook gefrituurde
sprinkhanen en glimmendelarven staren ons aan. We kunnen de verleiding niet weerstaan en proeven een ietwat vreemd ogende boomworm. Niet meer dan een zoute hap lucht.
Nadat we in gesprek raken met een 67-jarige Nederlands sprekende man - die iets te gedetailleerd over z'n te jongeThaiseaanwinst vertelt - besluiten we ons de volgende dag zo vroeg mogelijk uit de
voeten te maken. Deze 'farangs' (westerlingen/witneuzen) hebben hier niets te zoeken!
Machtige Mekong
Een ritje van 42 km brengt ons bij het drielandenpunt metThailand, Birma en Laos. De rivieren Mae Nam Kok en de Mekong komen hier samen. De aircobussenspurten ons voorbij: we zitten goed! Zodra de
restaurantjes en souvenierstallen opduiken zijn we bij de zogenoemde 'Gouden Driehoek' beland. Boottochten naar Laos over de Mekong worden aangeboden. Mooi om de snelstromenderivier te zien: een
machtige levensader door Zuidoost-Azie. Een van 's werelds grootste rivieren, welke ontstaat op de hoogvlakte van Tibet en zuidwaarts afzakt door Zuid-China. Hierna passeert de rivierhet
drielandenpunten scheidtCambodjavan Laos waarna hetuitmondt in de Zuid-VietnameseMekong Delta. En uiteindelijk deZuid-Chinese Zee tegemoet stroomt. Wij popelen om de Mekong over te steken en naar
Laos te gaan. Nog even geduld!
Rust in Chiang Rai
In Chiang Rai (het kleine zusje van Chiang Mai) mogen de benen even bijkomen: een rustdag! Dit plaatsjeheeft een relaxte sfeer, alles is te voet te bereiken. De mannen in de beschilderde riksja's
staren verveelt voor zich uit. In het park, vroeger een oude gevangenis, start om klokslag half zes (een half uur voor zonsondergang) een groep dames met aerobics. De coach schreeuwt er fantiek op
los. Onze kuiten schreeuwen om rust dus aanschouwen we, onder het genot van een verse fruitshake, de springende Thais. Naast de nationale sport 'Muay Thai' (kickboksen) is voetbal ook
mateloos populair in Thailand. Deaangestelde(Engelse) bondscoach moet het nationale team een nieuwe impuls geven.We kijken naar een fanatiek potje straatvoetbal.
De nachtmarkt van Chiang Rai trekt zowel locals als toeristen. Van puppies in een te kleinekooi (bijna vrijgekocht), 'H&M outlet' tot 'real silver' kraampjes. De fruitshaketent draait overuren
voor ons.
De volgende dag een Swedish Bakery ontdekt: hier werken jongeren uit de omliggende bergdorpen. De opbrengst van de bakkerij gaat naar verschillende projecten van de stichting BaanChivitMai ('home
for new life'). Zoals het bieden van onderdak en onderwijs voorkinderen met aids en achtergesteldejongeren. Tijdens onze reis hopen we meer van dit soortinspirerende initiatieven tegen te
komen.
Laatste fietsloodjes
Voordat we weer terugkeren in Chiang Mai doen we nog drie - volgens ons routeboekje - minder interessante plaatsen aan. Zelfs de Lonely Planet(LP) meldt er niets over.
Phan is de eerste van de drie. Het grauwe stadje heeftmaar eenhotel. Een muffe kamer zonder ramen maar met fan die als een bezetene ronddraait. Enigszins verloren eten we onze lunch op de stoep
terwijl een zwerver ons in de gaten houdt. Fijn... Opeens horen we ''You have nice day?', een 60-jarige biker (op een gloednieuwe mountainbike) spreekt ons aan. Sporty Francis neemt ons mee naar
z'n huis, met uitzicht oprijstvelden,en stelt ons voor aanzijn familie. Bij het afscheid vragen ze of we al Thaise vrienden hebben; 'We are your Thais friends now!', roepen ze in koor. Diezelfde
avond levert de biking family Thaise lekkernijen af. ''For your heavy biking day tomorrow!'. Wat een lieve mensen!
Na de snelweg-techniek (lees:30 km afsnijden) arriveren we in het 'saaie' stadje Phayao, gelegen aan een meer. Na een siesta in ons betonnen, sfeerloze hotel (including een kolonne mieren),
slenteren we door de stad. Opeens zien we 'm in een klein straatje staan: blauw/wit glimmend, ronde koplampen. Een VW-busje (T2)! We vragen de eigenaar z'n hemd van het lijf. Direct denkt hij dat
we potentiele kopers zijn en mogen het prachtexemplaar voor 400.000 Baht (zo'n 8000 euro) meenemen. Zullen we onze fietsen inruilen? Om van de nieuwsgierige Nederlanders af te komen zet de eigenaar
ons hoogstpersoonlijk (in de VW-bus!) bij ons hotel af.
Inmiddels zijn we erachter dat deze boring towns pas in de namiddag tot leven komen. Eetstalletjes met alle mogelijk soorten gerechten worden massaal uitgestald. Varkenspoten, kikkerbillen
en kippenlevertjes: een kleurrijk en spicy-ruikend geheel. Wij nemen onze Pad Thai (een noedelgerecht met ei en tauge, voor de Thais fast food) mee naar het meer en smikkelen het
bij zonsondergang op.
Pindakaas & bananen
De perfecte fietspower gevonden: pindakaas met bananen (een hele tros). Dat sleurt ons door een lange fietsdag met een klim van elf kilometer. Gelukkig dalen we vandaag ook veel, als beloning. De
laatste heuvels trotseren we met een - inmiddels -pijnlijke zitvlak. Vlak voor Chiang Mai worden we vergezeld door een Thaise mtb'er. De interesse voor onze Nederlandse fietsen is groot. We geven
hem een bidon kado.
Na bijna 900 km in de benen fietsen we Chiang Mai weer binnen. Met moeite nemen we afscheid van onze trouwe tweewielers. Het laatste nachtje in het luxe hotel (including de fietstour) is genieten.
Zo'n hotel zullen we ons de komende maanden niet kunnen veroorloven.
We blijven wat langer in Chiang Mai om bij te tanken en eea te regelen voor ons volgende avontuur: Laos & Cambodja! Chiang Mai is een relatief rustig stadje met een koel klimaat. Het heeft een
oude (vierkante) stadskern omgeven door een kanaal en stadspoorten. De stad heeft alles voor de backpacker: van namaakrugzakken, tweedehands boeken tot bakkerijen met vers brood. We moeten het
toegeven: toch wel prettig om je even in deze sfeer onder te dompelen.
Na het luxe nachtje verhuizen we naar een goedkoop guest house aan de overkant. Eigenlijk veel gezelliger. We vullen onze dagen met kleding (laten) wassen, per ongeluk shoppen (weg dagbudget), de
LP van Laos aanschaffen en de nachtmarkt bezoeken. De sfeer inhet stadspark is gemoedelijk. Een horde aan hardlopers, jonglerende bartenders en mannen die'sepak takraw' spelen(een soort
voet-volleybal met een bamboe balletje). Met een gehuurdestadsfiets sjezen we van hot naar her. Af en toe vergeten we dathet rustdagen zijn.
Morgen vertrekken we per local bus naar de grens vanwaar we een bootje pakken over de Mekong naar Laos. Op naar nostalgie en niet te vergeten kleefrijst!
Ai ai Chiang Mai...
Locatie: Mae Salong, Thailand
Temperatuur: 26 C
Luchtvochtigheid: 62%In de vroege ochtenddauw baant de oudetrein zich een weg door de bergenvan Noord-Thailand. We worden na een benauwde nacht langzaam wakker in onze treincoupe. Vanuit ons 'bedje'kijken we naar buiten, waaralles groen ziet. We zijn in de provincie Chiang Maien detrein arriveert in de gelijknamigestad.Op het treinstation stappen we ineen Tuktuk die ons afzet bij het hotel. Een groot, luxe hotel met zwembad (en een hoog 'afritsbroek-gehalte') is vanuit NL geboekt door deorganisatie (http://www.vliegenfiets.nl/).Zij voorzien onsvan defietsen en de Gouden Driehoek Fietsroute.DeKogaMiyata's Travelers, van Nederlandse makelij,voorzien van fietstassen willdo the job!
De volgende dagverlaten wehethotel en fietsen met de opgeladen Koga's de straat uit. 'Zo, wat rijden ze hier link!', roepen we direct. De klassieke fout is gemaakt: we rijden aan de verkeerde kant (rechts) van de weg. Navijf minuten zijn we het gewend en verlaten de stadsdrukte. Wat lekker omop de fiets te zitten!
We nemen steedsminder drukke wegen en fietsen al snel door de rijstvelden met schitterende vergezichten. In Thailand zijn erg weinig fietsers en heel veel brommers/motorrijders, waarvoor een smalle vluchtstrook is gereserveerd.De fietsen rijden heerlijk en we voelen ons gelijk tweevakantiefietsers die de wereldrondfietsen.De zogenaamde Gouden Driehoek Fietsroute brengt onsdoor het grensgebied van Thailand met Myanmar en Laos. We passeren kleine bergdorpjes, bewoond door verschillende stammen en Chinezen.
Vanuit Chiang Mai fietsen we naar het eerste plaatsje Rom Luang en vervolgen onze weg naar Chiang Dao. Onderweg naar Chiang Dao maken we kennis met heteerste serieuze klimwerk in dit berggebied. Zwetend in een licht verzet passeren wehet Chiang DaoElephant Camp en zien we zowaar een olifantonze richting op kijken. Thailand teltmeerdere elephant camps en centres, waar olifanten worden opgevangen en verzorgd. In Chiang Daovinden we een leuk huisjebij Malee's Place, meteen prachtig uitzichtop de bergen. De Thaise eigenares, Malee, runtde boelsamen met haar Zwitserse man. Bij een bungalowtje verderop maken we kennis met de Brabantse Harrie en Nellie.Een bijzonderechtpaar, beide vervroegd met pensioen en al zeven jaarop reis door Azie (wat gaan wij eigenlij kort)! Alleen met de feestdagen gaan ze geregeld naar Nederland om hun(klein)kinderen te bezoeken. Als gevolg: langeverhalen van hun belevenissen en bruikbare tips voor o.a. Laos en Vietnam, waar zij eerder zijn geweest. Als het hun ergens bevalt, verblijven ze er minimaal een maand. Een goede manier om je pensioen te vieren!Misschien treffen we ze nog inVietnam.
Als een otter..
In de vroegte zeggen we onzeNederlandse burengedag enfietsen we weer verder naarde volgende bestemming. Dat is vandaag Doi Angkhang en ligttegen de grens met Myanmar. De ochtend is nog lekker koel, wat prettig fietsen is.Het prettige fietsen zou ons snel vergaan... We gaan nu echt de bergen in en moeten fors klimmen. Klimmetjes van 8-13% zijn geen uitzondering! Dat valt niet mee, zo met je fietstassen, gecombineerd met de hittevan 30 graden. Al sneltranspireren we als een otterengutst het van ons lijf. Met het lichtste verzet, eneen tergend lage snelheid van 5-6 km/u kruipen weomhoog. Bovenaanelke klim drinken we dorstig uit onze bidons, gelukkig hebben we genoeg water gekocht!Het valt ons zwaarde ene klim na de andere te moeten naderen. We dachten al heel wat gewend te zijn na beklimming van de Alpe d'Huez (max 11,5%), maar nee, ook hier 'no mercy'.Als we zwaar hijgend, met onze tong tot opde knieen, bijeen nog steilere klim arriveren moeten we tochafstappen. 'Er volgt nu een zware klim van 20%, daarna een goed uitzicht over de velden en een afdaling.' zegt ons fietsboekje.'Dit is echt niet te doen', zeggen we tegen elkaar. Aangezien we toch verder moeten, lopen wemet defiets aan de handde berg opduwend. Dit kost nog meer inspanning. Zelfs onze back-up energierepen mogen niet meerbaten. De eerste debeste jeep die we voorbij zien komenhouden we aanom een lift te regelen. Na de fietsen achterin de pickup te hebben gezet, zitten we kapot en dankbaar naast de vriendelijke bestuurder. Helaas rijdt hij niet tot Angkhang, en moeten we de laatste paar km nog zelf fietsen. En ja hoor, weer met klimmen... Ondertussen begint het licht te schemeren en koelt het af. We passeren een bord met ' Doi Angkhang 10km'. Na 11u onderweg te zijn geweest, komen we helemaal uitgeteld en met verzuurde benen in het donker het bergdorpje binnenfietsen.We zijn leeg, kapot, hongerig en chagerijnig.
De volgende dag ontwaken we in ons huisje, gebouwd tegen een bergwand en hebben een mooi uitzicht op het in een dal gelegendorp Angkhang. De Chinese invloeden zijn duidelijk merkbaar bij het zien van de Chinese tekens op de huizen en de aanwezige rode lampionnen. Op de menukaartbehoortde keuze voor snake-head en deep fried frog tot de mogelijkheden.We genieten van onze welverdiende rustdag. Helaas dat er zoveelhanen zijn in het dorp, die je om vier uur 's ochtends al wakker kraaien.
De route trakteert ons nog steeds op klimmetjes en dalen en bereiken Tha Ton. Daar bekijken we een grote tempel met een witte boeddha die tegenop een bergwand is gebouwd. We ontdekken een cafeetje met sandwiches! We hebben hettwee weken volgehouden, maar wesnakken toch nu alnaar een boterham. Nu neergestreken in Mai Salong (op 1300 m hoogte) waar het duidelijk koeler is.Hier draagt men volop warme kleding en slapen weonderdekbedden. Af en toe valt er een flinke regenbui.Het is een stuk makkelijker klimmen met onze gehuurde bromfiets! We eindigen de dag door onzepijnlijke spieren te laten kneden door een hardhandige Thai Massage. Meedogenloos worden onze kuiten en benen aangepakt door de spijkerharde vingers van de Thaise masseuse.
Morgen weer op de fiets naar het nog hogere Mai Sae.
Delicious Top Three:
1. Sweet and Sour Vegetables
2. Fried Banana
3. Lemon Juice
Broeierig Bangkok
We zijn in Bangkok!
Wat eenoverweldigend afscheid hadden we op Schiphol, een heuse uitzwaai-delegatie was aanwezig. Iedereen nog enorm bedankt voor jullie komst en tekst/foto toevoeging aan het afscheidsmapje. Erg leuk!
Na depaspoortcontrole hebben we nog snel een kop koffie met Huub (Anja's neef) gedronken, die naar Armenie vertrok.
Een goede directe vlucht heeft ons naarde Thaise hoofdstad gebracht. Hier begint hetAzie-avontuur. Bij onze guesthouse te hebben ingecheckt zijn we een paar uur gaan geslapen, waar we aan toewaren, nahet weinige slaap gedurendede vlucht.De straat van ons verblijf,het Lamphu House, ademt een relaxte en rustige sfeer. Er zijn eetstalletjes, souvenirshops en rijdende kraampjes met loempia's en heerlijk vers fruit. Alles is gericht op de doorgewinterde reiziger, van tweedehands reisgidsen tot gebruikte rugzakken zijn er te koop. Hetstikt hierdan ook van de velen backpackers. Dat is niet gek, gezien we in de bekende backpackerswijk Banglamphu zijn, vlakbij het bekende Ko San Road.
Op straat nemen we plaats bij een van de aanwezige eetstalletjes en genieten van fried rice with chickenen sweet and sour vegetables.Een heerlijke mango fruitshake mag hierbij niet ontbreken.Detropische warmteis enorm wennen, al gauw gutst het van ons hoofd entranspireren we als twee Amerikanen met overgewicht.
De volgende dag besloten we Bangkok in te gaan voor watsightseeing.Met een long-tail boat over de rivier Mae Nam Chao Phraya, die door de stad loopt, lieten we ons afzetten bij the Grand Palace. Over deze rivier vliegen de long-tail boats met een rotgang over het water. Dit dankzij de aandrijving vaneen vrachtwagenmotor die op de achterkant van de boot is gemonteerd! Dat de Thais in het verkeerniet bang zijn, bewijstonze tuktuk-driver diemet hoge snelheid door de straten slalomt en ons afzet bij Wat Po, de grote liggende boeddha.Daarna inhet mierennestvan Chinatowngewandeld, waar we van een koud drankje genoten.
Ko Samet, you like
We hadden besloten om een paar dagen naar Ko Samet te gaan, een eilandjevijf uur reizen van Bangkok, om lekker op het strand te ontspannen. Dit alvorens we naar Chiang Mai af reizen, waar dehuurfietsen klaar staan enonzefietstochtdoor Noord-Thailand zal beginnen. Uit het grote aanbod van (toeristische) resorts enbungalows, vonden we eenhuisje voor een betaalbare prijs vlakbij het strand. Kapot van het sjouwen van onze loodzware backpacks, namen we een duikin het heldere zeewater en lagen we op het strand.
's Avonds nemen we plaats bij een van de restaurantjes en eten we met onze voeten in het zand.Overal zijn er brommers en quads te huur,die vrijwel elke toerist (vaak een blanke man met een jong Thais meisje achterop) had gehuurd. Dat hebben wij dus niet gedaan. Het eiland hebben we verder verkend door over het strand het eiland rond te wandelen. Dit vielniet mee gezien het witte zandstrand werd afgewisseld doorverweerde rotspartijen waarover we klommen.
Nachttrein Bangkok (BKK)
Vanmorgen de boot vanaf Ko Samet gepakt richting het vasteland en zijn we met een minibusweer gearriveerd in BKK. Met negen personen waren we in het busje geperst en onze packs op het dak gebonden. De geasfalteerde weg was prima, dus reden genoeg voor onzechauffeur om vol gas te geven. Eventuele oneffenheden in de weg werden genegeerd en bulten en heuveltjesvolledig gepakt. Ook een racewedstrijdje met medeweggebruikers zat bij de reis inbegrepen. De suspensie van het busje werd uitvoerig getest en zo stuitterde we naar de hoofdstad. Een jongen uit Noord-Engeland, met een zwaar accent, had nog nooit zo'n gek achter het stuur meegemaakt.
Vanavondpakken we de nachttrein en ontwaken morgenochtendin het echte Thailand; Chiang Mai.
Welkom op onze Reislog!
Hallo en welkom op onzereislog!
Dé plaats om op de hoogte te blijven van alle avonturen en ervaringen tijdens deze reis. Vanaf nu zul je hier dan ook regelmatig nieuwe verhalen en foto's vinden, en via de kaart weet je altijd precies waar we ons bevindenen waar we zijn geweest! Meer informatie over onsen de reis die wegaan maken vind je in het profiel.
Wil je automatisch een mailtje ontvangen wanneer er een nieuw verhaal of een nieuwe fotoserie op deze site staat? Meld je dan aan voor mijn mailinglijst door je e-mail adres achter te laten in de rechter kolom.
Wezien je graag terug op onzereislog en laat gerust af en toe eens een berichtje achter!
Leuk dat je met onsmeereist!
Groetjes,
Paco & Anja